“Het nemen van totale verantwoordelijkheid voor ons persoonlijke leven is de voorwaarde voor het willen leven in totale vrijheid. Zelfonderzoek is de bereidheid om die verantwoordelijkheid te nemen en is de weg naar vrijheid.”
Waarheid en dus jouw diepste essentie, sluit zich niet af voor anderen of ervaart geen weerstand tegen dat wat op je pad komt in het leven. Waarheid is de realiteit van het leven zelf en gaat dus niets uit de weg en kan zich niet afsluiten voor de buitenwereld. Het is er namelijk ten diepste mee verbonden. Het is de intelligentie die door jou heen zichzelf als jouw buitenwereld ervaart. Uiteraard is het dat waarnaar we verwijzen met ‘jou of ik’ ook. Het leven van waarheid voelt daarom altijd goed want het komt overeen met de waarheid die je zelf ook bent. Jouw innerlijke waarheid is altijd verbonden met de waarheid ofwel de realiteit van de buitenwereld. Ook al ervaar je de realiteit van een situatie als verdrietig, tragisch of pijnlijk. Als je onder de wereld van deze gevoelens ervaart dan merk je dat het goed is. Goed in de zin van dat ook dat klopt en dat deze situatie die we misschien als negatief bestempelen, ook ervaren wil worden.
Wanneer je dus heel bewust naar de ruimte in jezelf gaat waar vrede heerst met wat is, voorbij de geconditioneerde mind met al z’n voorwaarden over hoe de dingen wel en niet moeten zijn, dan kun je je dus ontspannen in iedere situatie want de realiteit van een situatie is van hetzelfde gemaakt als de realiteit van dat wat het ervaart. Het is allemaal gemaakt van dezelfde oneindige intelligentie en kwaliteit. Dat wat we het leven, God, Allah, het Mysterie, Oneindige Intelligentie, enzovoorts noemen. Verwar deze vrede dus niet met goed wat gelijk staat aan wat je fijn vindt om te ervaren. Denk ook niet dat je het met alles eens bent als je verbonden bent met deze ruimte van innerlijke vrede. Het betekent dat je geen weerstand ervaart tegen wat er in je buitenwereld gebeurd. Hierdoor kun je actie nemen die helder en effectief is in plaats van vertroebeld te zijn door pijn en de situatie heel persoonlijk te maken.
Dat wat je ten diepste bent is namelijk niet persoonlijk. Het is immers dat wat overal en in iedereen altijd en tegelijkertijd is. Leed komt juist vooral doordat we een situatie persoonlijk maken. Ga maar na, we vinden het altijd gemakkelijk om oplossingen voor anderen te verzinnen die problemen ervaren. We kunnen ons dan niet voorstellen waarom het zo’n probleem is voor de ander. Op dat moment zijn we er zelf niet persoonlijk mee geïdentificeerd, waardoor we niet in allerlei emoties en stressvolle overtuigingen verstrikt zijn. Dat maakt het kiezen voor welke actie gepast is, duidelijker.
Overigens wil het niet zeggen dat als je helder bent en in de realiteit staat dat je geen emoties of uitdagingen ervaart en dat moeilijkheden oplossen als sneeuw voor de zon. Dat is beslist niet waar. Je bent en blijft mens met menselijke ervaringen en eigenschappen. Het is alleen dat je er geen weerstand meer tegen voelt, waardoor lijden geen kans krijgt. Het is een cliché en daarom zo waar, dat zegt: “tragedie is onvermijdelijk maar lijden is een keuze.” En daar draait het hier om, het doorbreken van onnodig lijden wat vooral wordt veroorzaakt door het geloven van de verhalen in je hoofd en de turbulentie in je lijf.
Wanneer je stress voelt of een andere vorm van angst dan weet je dus dat je iets gelooft, bewust of onbewust, wat niet waar is. Het is geen waarheid voor jou. De stress is hoe je lichaam je waarschuwt dat je van je padje af bent. De stress ontstaat doordat je weg bent bij de waarheid. De waarheid die je ten diepste zelf ook bent. Je bent dus weg bij jezelf. Dat is waarom je stress of angst voelt. Je bent als een vis, niet langer in het water maar één die zonder het te weten de modder in gezwommen is. Je kunt je wel voorstellen dat dat de nodige stress oplevert.
De verwarring in mensen is meestal het denken dat de stress die we voelen, komt door de situatie die zich voordoet in de buitenwereld. We geven dan de situatie en/of een betrokkene de schuld van het stress gevoel. We projecteren de pijn die naar boven komt op de situatie. De pijn zat er al lang vanwege een onverwerkte situatie uit het verleden of een idee of overtuiging gebaseerd is op een onwaarheid. Die pijn wordt nu als het ware weer aangeraakt door een gelijksoortige situatie en komt boven drijven alsof het wil zeggen: “Hé, hallo ik zit nog vast hier, kijk even naar me en kom tot waarheid.” Of de onware overtuiging wordt geconfronteerd met de werkelijkheid wat een kans is om de illusie waaraan we vasthouden te herkennen en te herzien. Echter in plaats van naar onze verstrikking aan te kijken die de oorzaak is van onze pijn, beschuldigen we onze buitenwereld van deze pijn. Zo zijn we over het algemeen getraind en valt het voor de meeste mensen niet mee om verantwoordelijkheid voor zichzelf te nemen. Te onderzoeken wat het eigen aandeel is in het leed. Verantwoordelijkheid nemen voor jezelf wordt helaas vaak verward met schuld. Schuld wordt vervolgens ervaren als ‘fout zijn’ of als een vorm van ‘verlies’. Ons ik-centrum doet er alles aan om die pijn, die het vaak maar al te goed kent vanuit de kindertijd te voorkomen. Dat is een pijn veelal ontstaan door hoe we de reactie van verwarde volwassenen hebben geïnterpreteerd. Toen we in onze onschuld of vanuit onwetendheid iets deden wat hen niet uitkwam of wat als fout gezien werd.
De pijn blijft echter pijnlijk zolang we naar buiten wijzen in plaats van te onderzoek wat er van binnen met onszelf gebeurd. Meestal leidt dit tot nog meer stress want dan zijn we bezig met de buitenwereld te veranderen in plaats van de pijn op te lossen die in ons is. Een enkele keer komen we er mee weg maar vroeg of laat ontstaat er toch weer een situatie die de pijn weer laat ontwaken. Bovendien is het lang niet zo pijnlijk als we naar binnen gaan om door de pijn van het verleden heen te werken. We zijn nu immers volwassen en de pijn die veelal veroorzaakt is in onze kindertijd wordt geheel anders beleefd wanneer we er vanuit ons volwassen zelf naar kijken. Zolang we dat niet doen zitten we dus vast in ons ‘kind-zijn’ en reageren we vanuit het mechanisme dat we als kind hebben gebruikt om onszelf te beschermen en te verdedigen. Echter we zijn nu geen kind meer en hebben andere mogelijkheden en inzichten tot onze beschikking dan toen. Tenminste als we ons een beetje redelijk ontwikkeld hebben. Echter als we meegaan in al onze innerlijke turbulentie en deze niet checken op waarheid dan zijn we nog steeds aan het overleven vanuit dit kinderprogramma. Dit doen we zolang de verwarring niet is doorzien. We leven in een dergelijke situatie in het verleden want we ervaren de situatie door de pijnlijke filters van toen. Weg uit de werkelijkheid. Niet in het nu en ook niet in onze volwassenheid.
Zoals gezegd, al dit soort pijn is eigenlijk een signaal dat we iets geloven wat in het moment geen waarheid is maar een teken dat er iets is dat ontward wil worden. Het is dan tijd voor zelfonderzoek.Zelfonderzoek is dus het onderzoeken van stressvolle gedachten en gevoelens in je lijf, om tot waarheid te komen. Zelfonderzoek is bevrijding van oude verkramping en angst die nog in je systeem zit opgeslagen. Het zijn oude herinneringen die in een nieuwe situatie tot leven komen waardoor we veelal denken dat het de nieuwe situatie is die het veroorzaakt.
De gebeurtenis die ooit aanleiding was tot de initiële verkramping van lichaam en geest is immers al lang vergeten. Dat wil zeggen; we zijn ons er niet meer van bewust. Echter ons systeem is het nog niet vergeten en maakt ons er op attent door het gevoel van onbehagen, ofwel stress dat nog ergens vastzit te activeren. De verwarring ontstaat doordat het incident wat aan de basis ligt, en veelal in onze kindertijd heeft plaats gevonden, nog leeft in ons onderbewustzijn wat een stress reactie veroorzaakt in ons lichaam. We dienen dus naar binnen te gaan i.p.v. naar de buitenwereld te wijzen. Eerst dient de verwarring van binnen te worden doorzien voordat we vanuit deze initiële verwarring helder kunnen reageren op onze buitenwereld. Anders creëren we vaak alleen nog maar meer verwarring bovenop de verwarring die er als is. Dit is waarom mensen elkaar verwarren en er ruzie en onenigheid kan ontstaan om ‘niets’. Van elkaar niet begrijpend waarom de ander zo heftig reageert, boos is of zich terug trekt of helemaal niets meer van zich laat horen. Het is de verwarring ofwel de wond vanuit de kindertijd die nooit geheeld is en in het heden wordt uitgeleefd. Het vormt een filter waardoor de huidige situatie wordt beoordeeld en ervaren. Het maakt gelijk duidelijk waarom er zoveel onbegrip, verdediging en aanval is in de wereld.
Zelfonderzoek is dan ook alleen oprecht mogelijk als het willen kennen van de waarheid je grootste goed is. Als je de waarheid boven jezelf stelt en waarheid belangrijker vindt dan gelijk hebben of winnen. Eigenlijk is het de waarheid in jezelf dat tot waarheid wil komen. Het is dus iets wat vanuit een dieper niveau komt dan het niveau van ons denken en het niveau dat een ik-centrum creëert. Het ik-centrum ofwel het ego is namelijk niet uit op waarheid want het creëert zichzelf juist door het in stand te houden van illusies over een ik en de wereld daaromheen. Hierdoor ontstaat weerstand tegen de realiteit ofwel tegen het leven zoals het is. Het leven dus dat jezelf ook bent. Het is dus weerstand tegen jezelf en daarom voelt het zo pijnlijk. Door weerstand middels het fout maken van de buitenwereld (of het fout maken van het ik) kan het zichzelf voeden en voelen. Hierdoor stapt het uit de werkelijkheid van eenheid en creëert het de illusie van separatie. Het houdt zich dus in stand door precies dat te doen wat het tegenovergestelde is van dat wat we ten diepste zijn.
De paradox is dus dat het ik-centrum steeds bezig is om leed te vermijden om zich goed te voelen en daarmee juist leed creëert waardoor het zich ellendig voelt. Oprecht zelfonderzoek kan dus alleen vanuit een open mind en een open hart en het bewustzijn dat een situatie buiten jezelf nooit de oorzaak is van stress die van binnen wordt ervaren. Het vergt dus nieuwsgierigheid en bereidheid te onderzoeken wat je onware gedachten zijn, over een situatie, die stress veroorzaakt. Zelfonderzoek is het doorzien van de verwarring van je chaotische mind waardoor je onnodig leed en narigheid creëert voor jezelf en anderen. Zo ongeveer 98% van onze ellende wordt veroorzaakt doordat we de verhalen die we onszelf vertellen klakkeloos geloven in plaats van ze te controleren op waarheid.
Door zelfonderzoek kom je tot de ontdekking dat wat je gelooft een illusie is en niets te maken heeft met realiteit. Het is meestal gebaseerd op een persoonlijk idee van hoe het hoort te zijn of van hoe het niet zou mogen zijn. Simpelweg omdat de situatie iets in je oproept wat niet neutraal is en in een kramp zit zoals je al eerder kon lezen. Echter, laat de realiteit meestal wat anders zien en trekt het zich dus niets aan van wat jij vindt of voelt. Je bent natuurlijk vrij om je er ongelukkig over te voelen maar dat helpt je niet. Het veranderd niets aan de realiteit. Een onbegonnen strijd want je verliest altijd van de realiteit en dus kun je er beter vrede mee sluiten.
Dit wil niet zeggen dat je alles maar goed vindt of over je kant laat gaan met betrekking tot wat anderen doen. Ten aanzien van jou of je omgeving. Nee, vrede sluiten wil zeggen dat je je overgeeft aan dat wat gebeurd is, ondanks dat je persoonlijke voorkeur anders is. Je geeft je verzet tegen de realiteit op. Vechten tegen iets wat al is gebeurd, is niet heel wijs. Vanuit deze vrede kun je oprechte en heldere actie nemen. Of juist niet. Al naar gelang wat waar is voor jou. Je blijft in de waarheid en dus in de eenheid met het leven, dat wat je ten diepste bent, door okay te zijn met de realiteit. De ander handelt nu eenmaal zoals die handelt en een situatie is nu eenmaal zoals het is. Je kunt niets ongedaan maken, maar wel de volgende stap nemen voor jezelf. Zie het als een proces. Alles is onderdeel van dezelfde waarheid die je zelf ook bent. We hebben nu eenmaal geen werkelijke controle over hoe de dingen samen komen in het leven of wat anderen doen of zeggen.
Het opgeven van je weerstand tegen de werkelijkheid van wat gebeurd, maakt dat je vrij bent van stress. Dat is sowieso al winst. Het maakt ook dat je niet op de automatische piloot reageert. Dat wil zeggen, je reageert niet vanuit je conditionering. Je reageert niet vanuit het verleden op het heden. Dat maakt dat je vrij bent van het verleden en daardoor ervaar je een keuze of je wilt reageren of niet en hoe je dat dan doet. De actie die je neemt, is dan van een andere kwaliteit. Stress maakt dat we reageren vanuit onze geconditioneerde mind die bezig is te overleven vanuit het verleden. Dit in plaats van helder te zien wat de situatie in het heden van ons vraagt. Actie die gebaseerd is op oude angsten leiden nooit naar een situatie die goed voelt in het heden. De actie is namelijk gebaseerd op angst en dus op illusie. Vandaar dat het geen match is met de werkelijke situatie in het heden. Zolang we dit niet doorzien en begrijpen, zijn we behoorlijk verdwaald in de situaties die zich voordoen in het leven. We doorzien onze eigen bijdrage en rol niet in het creëren van een ongewenste toestand, wat meestal tot gevolg heeft dat mensen zich slachtoffer voelen van situaties en van anderen. We denken dan te leven in een uiterst onzekere en onvriendelijke wereld.
Daarnaast heeft “het slachtoffer zijn” de tegenpool van “dader zijn”. Ze zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Dat is de wet van dualiteit. Het slachtofferschap leidt vroeg of laat naar daderschap. Al is het alleen maar in je hoofd, door alles wat je bedenkt over de buitenwereld. In gedachten heb je anderen veroordeeld en wellicht al van alles aangedaan. Pas als je vanuit helderheid leeft en verantwoordelijkheid neemt voor jouw stuk, pas dan ontstijg je de dualiteit van slachtoffer en dader in het leven. Je bent er vrij van. Nogmaals, dat wil dus niet zeggen dat je het met de ander eens bent of dat je akkoord bent met de situatie, het wil zeggen dat je vrij bent van identificatie met hetgeen wat gebeurd en dus leid je er mentaal niet onder.
Door oprecht zelfonderzoek kom je altijd tot een grotere waarheid die terugleidt naar jouw diepste bron. De waarheid van wat of wie je bent, wat onlosmakelijk verbonden is met liefde en vrijheid. Daar kan de korte kick van het ego door gelijk te hebben, te winnen, controle te hebben of slachtoffer te zijn, niet tegen op. Ook het wegduwen, afleiden of onderdrukken van wat je voelt waardoor je een schijn vrijheid ervaart kan niet tippen aan de vrijheid die op je wacht onder het gevoel van onbehagen.
Zelfonderzoek resulteert veelal in compassie voor de situatie. Inclusief alle betrokkenen. Dat komt omdat onderzoek vanuit een open hart en mind altijd gepaard gaat met helderheid, liefde, vrijheid en wijsheid. Zonder het persoonlijk te maken en dus zonder partijdig te zijn. Zonder voorkeur of afkeur van een betrokkene, inclusief jezelf. Het is o.a. de ontdekking dat:
- we niet zo anders zijn dan de ander, we hebben allemaal hetzelfde hart
- wat in ons leven gebeurt, is ook wat we willen dat er gebeurt. We zien dat dit ons wakker maakt uit illusie en ons weer terug brengt bij onze innerlijke kracht. Zo ontdekken we dat we zelf de liefde, waarheid en vrijheid zijn waarnaar we zoeken.
- we deze liefde, waarheid en vrijheid willen schenken aan anderen.
- we ons vrij en goed voelen zodra we het willen hebben van controle over het leven en over anderen loslaten en we werken aan onze eigen bevrijding.
- alles liefde is; helder of verstrikt.
Zelfonderzoek is een vorm van meditatie waarbij je je afvraagt of het waar is wat je gelooft over jezelf en de wereld om je heen. Je kunt je afvragen: “wie ben ik?”. De antwoorden bij meditatie komen dan niet uit je geconditioneerde mind door er over te gaan verzinnen. Dat zouden alleen maar antwoorden zijn van wat je nog weet vanuit het verleden. Je laat de antwoorden tot je komen. Ze komen voort uit je diepste zelf. Uit de wijsheid van je hart wat vervolgens in woorden omgezet wordt door je hoofd. Het zijn dus soms antwoorden waardoor je zelf verrast wordt omdat het niet voortkomt uit kennis. Het kan komen in de vorm van woorden, symbolen of beelden. Of ineens is daar een weten. Soms komt het antwoord helemaal niet. Ook goed. Alles op z’n tijd. Hoe je weet of het antwoord niet bedacht is in je hoofd? Dat is eenvoudig. Bij een inzicht die niet bedacht is op basis van wat je hoofd weet, voel je dat je hele lijf meedoet. Je weet meer nog dan met je hoofd door de reactie van je lijf dat het waar is. Het kan soms zelfs zo zijn dat je hoofd zegt: ”Nee, dat kan het niet zijn.” Het ik-centrum kan het zich dan niet voorstellen. Of het inzicht komt het ik-centrum niet zo goed uit omdat het niet strookt met de eigen agenda of het botst met het zelf gecreëerde imago waaraan het graag vasthoudt. Daar houdt het ik niet zo van. Je weet dan dat je opdat moment weer terug bent in de geconditioneerde mind ofwel de gesloten mind. Vandaar dat het zo belangrijk is dat je de waarheid boven je bedachte zelf stelt. Tenminste als je werkelijk wilt leven in de realiteit en waarheid en vrijheid je grootste goed is. We hebben afscheid te nemen van al onze onwaarheden. Ook van die we koesteren. Realiteit heeft geen enkele affiniteit met onze illusies, het is alleen geïnteresseerd in waarheid en dus gaat het niet samen. Realiteit eist totale overgave aan de realiteit. Geen reserves. Geen waarheid, geen vrijheid.
Zelfonderzoek doe je ook bij een situatie die aan je blijft ‘kleven’ waarbij je stress, verkramping of andere negativiteit ervaart. De waarheid is namelijk niet negatief en je bent dus uit de waarheid/realiteit als je een situatie als zodanig ervaart. Je onderzoekt dan wat je gelooft over de situatie of wat je er van vindt. Meestal komt dit neer op een oordeel of hoe de situatie anders had moeten zijn of dat iemand iets anders had moeten doen of zeggen. Vervolgens onderzoek je je bevindingen die stress veroorzaken door ze te controleren op waarheid. Of je 100% zeker kunt weten of het de waarheid is en wat je over het hoofd gezien hebt. Adyashanti zei ooit tegen een leerling die zijn mening over een situatie als de waarheid verkondigde: “Okay. Laten we ons eens voorstellen dat God nu tegenover je stond en hij of zij heeft een nogal slechte dag en zegt: “Goed. Dit is dus de absolute waarheid volgens jou. Als dat niet zo is dan beroof ik je familie van het leven en daarna kom ik achter jou aan.” Hoe zeker ben je nu van je waarheid?” Dat is hoe zeker je van je zaak dient te zijn om het als waarheid te verkondigen. Je ontdekt dan al snel dat er niet zo bijster veel is wat je zeker weet.
Als je je daar eenmaal aan overgeeft, brengt dat zo’n ontspanning met zich mee. Het is heerlijk om het niet te weten en het ook niet te hoeven weten. Het is ons ikje dat pretendeert van alles te weten en te moeten weten. Het is de natuur van het ik-centrum om ‘te weten’. Hoe vaak hoor je mensen zeggen: “O, dat wist ik al.” Of. “Dat wist ik heus wel.” Het ik-centrum poetst zichzelf graag op. Het lijkt zichzelf meer waard te vinden als het iets weet en al helemaal als de ander het nog niet weet. Ik weet dus ik besta, lijkt het motto van het ik-centrum. Slechts zelden zal het toegeven dat het helemaal niets weet of begrijpt van het leven. Het leeft graag in de waan dat het dat wel doet. Zeggen dat je het niet weet omdat het de waarheid is, is dus waarheid spreken en dus een vorm van wijsheid. Echter, het doet niets voor het ik-centrum en daarom is het zeldzaam in de huidige wereld.
In zelfonderzoek merk je al snel dat een onjuist oordeel of een verwarring een hele wereld van narigheid op zich creëert. Je kunt je voorstellen dat de opluchting enorm groot is als het oordeel wegvalt en de verwarring is ontrafeld. In de ban van een oordeel zijn, brengt verkramping en dus leed teweeg. Als je het oordeel opgeeft, is het dus bevrijdend. Bijzonder hè, dat we er zo graag aan vasthouden. Het ik-centrum denkt daardoor iets te winnen of heel te blijven. Terwijl juist als je het oordeel opgeeft, ervaar je de heelheid en ontspanning waarnaar je op zoek bent. Het is precies de tegenovergestelde richting doen van wat het ik-centrum geneigd is te doen. Dat is niet zo gek want het ik-centrum, wat ontstaan is uit angst, handelt in angst. Dat terwijl het eigenlijk op zoek is naar liefde en heelheid. Dat laatste is dus te vinden in de tegenovergestelde richting van angst en gebrek. Als je het dus aan het ik-centrum overlaat en de automatische piloot van je op angst gebaseerde conditionering volgt dan kom je er niet. Je zult aanwezig moeten zijn in het hier en nu om door de programmering heen te kijken en de andere kant op te bewegen. Wanneer je door de verwarring van het huidige moment hebt heengekeken, kun je nog een stap verder gaan om de wortel er uit te trekken. In meditatie kun je teruggaan naar het eerste moment waarin de verwarring is ontstaan. Vaak gaat dat terug in de kindertijd waarin ongeveer tot het achtste levensjaar de basis wordt gelegd voor je programmering. De software die jouw leven bestuurd en als je niet uitkijkt ook je leven beperkt en onnodig leed creëert. Door zelfonderzoek, maak je jezelf dus vrij van beperkende software. Om het leven te leven vanuit je diepere essentie in de realiteit. Door het stressvolle gevoel die je in de huidige situatie ervaart helemaal toe te laten in je lichaam, vergezeld van de gedacht of het oordeel dat je hebt ten aanzien van de situatie of jezelf ga je door middel van meditatie terug naar de eerste situatie waarin de angel is ontstaan. Het is een vorm van regressie. Je laat beelden van situaties uit het verleden die bij dit gevoel horen tot je komen. Je gaat ze dus niet zelf verzinnen. Je wacht geduldig af wat zich aandient terwijl je in contact blijft met het gevoel en de gedachte. Totdat je bij de eerste situatie bent, zo vroeg mogelijk in je leven waarin de verkramping en de beperkende gedachte is ontstaan. Hoe je weet dat je op het goede spoor zit? Je lichaam weet het en reageert met een ‘ja'. Het voelt alsof iets zich opent. Vertrouw op je lichaam. Je doorziet nu als volwassene de situatie die je als kind hebt geïnterpreteerd en je komt tot nieuwe inzichten. Je hebt het overzicht en ervaart alle betrokkenen met hun intenties en hun verwarringen vanuit hun achtergrond. Als volwassene begrijp je beter waarom ze reageerden zoals ze dat deden, ook al was dat niet handig of erg liefdevol. Je ziet hun pijn en beperkingen. Vandaaruit kom je tot compassie voor je eigen verwarring en voor dat van de betrokkenen. Je ziet het grote plaatje in plaats van de persoonlijke beleving van het kind.
Het is niet altijd nodig om zover terug te gaan en over het algemeen is het wel effectief. Het is belangrijk om dit via meditatie te doen en niet je hoofd de antwoorden te laten verzinnen. Als de informatie namelijk in je hoofd was dan had je het al lang opgelost en was er sowieso geen probleem. Wanneer de hele illusie is doorzien, merk je dat de eerstvolgende keer dat de stressvolle gedachte weer opkomt, je het zelf niet meer kunt geloven en neemt het bijbehorende stress gevoel af of is zelfs helemaal weg. Dat moment waarop je merkt dat de verkramping in het lichaam wegblijft en de energie van onbehagen niet op komt dagen, dan ervaar je de bevrijding. Pas dan merk je hoe je in de ban was van een fantoom. Eigenlijk merk je pas echt hoe gevangen je zat als je ervan verlost bent.
Het kan dus zijn dat je iets onderzoekt waarbij de ander niet zuiver heeft gehandeld. Echter, zelfonderzoek richt zich op jouw eigen bevrijding en dus richt je je op jezelf en niet op de ander. Het feit dat jij er verkrampt ervaart betekent immers dat jij iets gelooft wat niet waar is voor jou. Daar wil je je van bevrijden. Je wilt een expressie zijn van waarheid en dat maakt vrij. De ander is niet jouw ‘pakkie aan’. Wat hij of zij er mee doet is haar of zijn eigen verantwoordelijkheid. Het gaat er om dat jij vrij bent van gedachten en bevindingen die stress veroorzaken in jouw leven. Je ‘gebruikt’ de ander om jezelf te bevrijden.
Natuurlijk hoef je niet okay te zijn met wat de ander zegt of doet en kun je nadat je tot helderheid bent gekomen er nog steeds voor kiezen om niet met de ander om te willen gaan. Iedereen is vrij daar in. Je weet pas dat dit echt een vrije keuze is als je liefde voelt voor de ander in plaats van oordeel en afwijzing. Die twee laatste zijn gerelateerd aan angst, wat dus het tegenovergestelde is van liefde en dus het tegenovergesteld van wat je werkelijk ten diepste bent. Of beter gezegd angst ontstaat wanneer jezelf afsluit voor de liefde die je bent. Zolang er nog steeds negatieve gevoelens zijn naar de ander, ben je niet vrij en is de illusie nog niet doorbroken.
Het kan ook zijn dat je weet dat een gedachte niet waar is maar het heeft nog steeds effect op je lichaam. In dat geval is de angel er nog niet uit en is de totale illusie nog niet doorzien. Je bent nog niet vrij. De waarheid is nog niet vrij. Het is dan nodig om nogmaals zelfonderzoek te doen. In het proces van ‘wakker worden’ kan geen stap worden overgeslagen en dient elke verwarring compleet ontward te worden. We worden er vanzelf door ons lichaam aan herinnerd als we nog niet zo ver zijn als we dachten te zijn of iets over het hoofd hebben gezien.
Een andere wijze van zelfonderzoek is schrijven. Het kan enorm helpen om pen en papier te gebruiken om tot diepere inzichten te komen. Onze mind kan soms de neiging hebben om de confrontatie met zichzelf te willen vermijden en daardoor te gaan dwalen. Het blijft dan een beetje een vage soep in ons hoofd. Dit wordt lastiger wanneer we onze gedachten, inzichten en bevindingen opschrijven. Zo wordt het visueel in woorden waardoor de mind er minder gemakkelijk onderuit kan. Door het schrijven komt het geheel soms tot een groter plaatje waarbij inzichten gemakkelijker met elkaar verbonden kunnen worden. Het ene inzicht leidt tot het volgende en je schrijft jezelf helemaal leeg. We kunnen ook ontdekken hoe soms één gedachte is verbonden een heel nest van gedachten die tot dan toe onbewust in je onderwereld je gedrag aanstuurden. Een kluwen van gedachten of een gedachte-familie die tezamen een wereld van illusie creëren waardoor we niet in verbinding staan met de werkelijkheid. Wanneer deze familie uit elkaar valt en we ontdekken de waarheid, dan voelen we ons een stuk beter want we voelen ons echter. Alsof we uit een roes zijn ontwaakt. Ongeacht of de waarheid als plezierig of onplezierig wordt ervaren. We zien de eenvoud van het leven en wat werkelijk van ons gevraagd wordt in een situatie.
Waar onderzoek uiteindelijk toe leidt is het vrij zijn van identificatie met verhalen en het houden van alles en iedereen zoals het is. Het einde van het vastklampen aan het denken waardoor je niet verbonden bent met de schoonheid van het leven zoals het is en deze werkelijkheid dus niet kan ervaren. Je gelooft je eigen verhalen niet langer en kunt daarom ook niet langer geloven in de verhalen en projecties van de mensen om je heen. Ook niet als ze hun pijn en beperkingen op jou projecteren. Je bent er vrij van. Je ziet dat zij nog wel gelovigen zijn. Zij geloven in de religie van hun brein wat hun rond commandeert en beperkingen, conflict en leed veroorzaakt. Ze zijn nog altijd gefascineerd door de droom die hun mind creëert. Je begrijpt ze; jij hebt immers zelf ook in die droom geleefd. Wanneer je er vrij van bent, zie je ook wie zij in werkelijkheid zijn. Dit ondanks hun gedrag. Zij zijn net als jij; een manifestatie van dezelfde Oneindige en Goddelijk Intelligentie. Ze weten het alleen nog niet. Of beter gezegd deze Intelligentie in hen herkent dit nog niet. Jij herkent het wel en kan niet anders dan er van houden.
-Angelique Romeijn